1.1 Oprichting
In gevolge artikel 1, sub 6, van de door de raad op 13 juni 1974 vastgestelde monumentencommissie werd een monumentencommissie ingesteld die tot taak had het college van burgemeester en wethouders te adviseren over de toepassing van de verordening. Zowel het architectonische element als het historische element zou hierin vertegenwoordigd dienen te zijn. Op 10 april 1975 werden de volgende leden bij raadsbesluit benoemd, die vervolgens geïnstalleerd werden tijdens de eerste vergadering van de commissie op 19 augustus 1975:
- de heer dr. A.C.J. de Vrankrijker te Bussum, historicus
- de heer R.M.H. Magnee te Hilversum, architect, die in verschillende andere gemeenten bij de restauratie van monumenten betrokken was geweest
- de heer C. Boekschoten te Hilversum, oud-medewerker van de stedebouwkundige dienst te Hilversum; deze bezat een zeer grote kennis van de geschiedenis van Hilversum en heeft uit dien hoofde tijdens zijn werkzaamheid bij genoemde dienst een waardevolle inbreng gehad. Na het overlijden van C. Boekschoten op 16 juni 1978 werd F. Renou, wonende te Huizen, in 1979 benoemd in de monumentencommissie. Hij maakte deel uit van de redactie van het blad Tussen Vecht en Eem en had zitting in de tijdelijke commissie ter begeleiding van de historische afdeling van De Vaart. Ook was hij lid van de historische kring Albertus Perk.
De directeur van de stedebouwkundige dienst en de directeur van bouw- en woningtoezicht werd toegang tot de commissie verleend als adviserende leden: de heren ir. Van Nifterik en ir. Van der Wal. Het secretariaat werd opgedragen aan de afdeling stadsontwikkeling van de secretarie. De heer A. den Dikken is gedurende het bestaan van de commissie altijd secretaris geweest, met uitzondering van de eerste twee vergaderingen van 19 augustus en 1 september 1975.
(Bron: SAGV160+1899)
1.2 Wijziging
In het kader van de herstructurering van de advies- en coördinatiefunctie van de monumentenzorg en de welstandszorg werd de monumentencommissie in 1987 nieuw ingericht. Op 10 juni 1987 besloot de raad een nieuwe monumentencommissie in te stellen met de volgende leden:
- als architectuur-historisch lid de heer drs. M.A.Cramer te Hilversum (voorzitter);
- als architectuur-historisch lid mevrouw dr. F.E.Hellendoorn te Soest;
- als historisch deskundig lid de heer drs. J.E. Lamme te Hilversum;
- als architect de heer F.J.M. Stokhof de Jong te Utrecht.
Ook werd de verordening regelende de samenstelling en werkwijze van de monumentencommissie vastgesteld. Deze bestond eerder nog niet.Hierin staat dat de monumentencommissie tot taak heeft burgemeester en wethouders te benoemen op verzoek of uit eigener beweging van voorlichting en advies te dienen:
- inzake de toepassing van de Monumentenwet;
- inzake de toepassing van de gemeentelijke monumentenverordening;
- inzake het verlenen van vergunningen voor ingrijpend verbouwen of slopen van die panden die zijn opgenomen in de inventarisaties“Monumenten in de kern van Hilversum” of “Architectuuronderzoek Hilversum”;
- over gevallen, waarin sprake is van een monumentaal of cultuur-historisch belang in de sfeer van de ruimtelijke ordening.
Als secretaris werd een ambtenaar van de secretarie benoemd.
Bij het uitbrengen van haar adviezen diende de commissie zich uitsluitend te laten leiden door overwegingen van geschiedkundig, architectonisch of kunstbelang.
De leden werden in het vervolg telkens voor een periode van 4 jaar benoemd.
(Bron: SAGV160+D2452)
1.3 Opheffing
Bij besluit van het college van burgemeester en wethouders d.d. april 2003 is de welstandsadvisering en advisering over monumentenzaken in handen gelegd van de commissie voor welstand en monumenten. Daarmee kwam een einde aan de Monumentencommissie.